Zaaien in Junne
Op 2 december 2021 samen met broer Henk, Henk Hupkes, Sonja van der Sar en Arend Spijker Vecht-stroomdalflora gezaaid op Landgoed Junne.
Er zijn daar i.h.k.v. natuurherstelmaatregelen wat kleine plagplekken langs de Vecht gecreëerd. Die hebben we ingezaaid met streekeigen zaaigoed (zoals kleine thijm, steenanjer, grasklokje, geel walstro) van de Cruydt-Hoeck Wildeplantenzaden aangevuld met maaisel van het nabijgelegen Junner Koeland (waar de genoemde soorten nog volop voorkomen) en wat plantgoed van NL Bloeit!.
Zodoende helpen we het herstel van de specifieke stroomdalflora een klein beetje op weg.
Over een jaar of twee zullen de fleurige resultaten zichtbaar zijn en hebben heel wat vlinders en wilde bijen weer lekker wat nectar om te drinken.
De werkzaamheden werden gadegeslagen door een klapekster die vanaf het Arriër Koeland toekeek.
tekst en foto's Evert Ruiter
Kerkuilen 2021
Met een hartvormige, vrijwel witte tot helemaal witte gezichtssluier rond de zwarte ogen, is de kerkuil een prachtige verschijning. De vogel spreekt tot de verbeelding en is tevens omhuld door de mystiek van de nacht, want overdag zie je niet snel een kerkuil. Kerkuilen jagen op hun gehoor, midden in de nacht. Hun oren zijn hiervoor sterk ontwikkeld en kunnen net zoals de oren van een hond alle richtingen opdraaien. Waarbij zelfs één oor (de rechter) hoger zit, hierdoor reageren ze nog sneller op geluid.
Kerkuilen staan niet meer op de Rode lijst maar toch zijn ze nog erg kwetsbaar. Dikwijls worden hun nestkasten ingenomen door duiven en kauwen. Soms ruilen ze hun nestkast in voor een holle boom van de bosuil, zoals bij Huize Het Laar in Ommen. De bosuilen bij Het Laar hebben hun holle boom verlaten en zijn in de kast van de kerkuil getrokken, op de zolder van het Laar. Hier kun je dus spreken van de nood een deugd maken: deze vogels doen gewoon aan woningruil.
Als een marter jonge kerkuilen ontdekt zal hij zeker trachten een jong te pakken, want een marter heeft graag een uiltje op zijn menu.
Helaas zijn er tijdens de sneeuwval en de strenge vorstperiode in februari 2021 heel veel kerkuilen gesneuveld. In de omgeving van Ommen werden bijvoorbeeld veel dode kerkuilen gevonden binnen een zeer korte tijd. Mede daarom geeft het broedseizoen van 2021 een heel gevarieerd beeld. Wat dat betreft was het een vreemd jaar. Op totaal verschillenden tijdstippen van het jaar was er opeens weer een nest die in aanmerking kwam om te ringen.
Ommen en omgeving was geen uitzondering want er was in 2021 landelijk een grote verspreiding van broedsels.
Op landgoed Eerde.
Steenuilen ringen in 2021
De controle en het ringen van steenuilen in 2021 zit er op. We hebben veel nestkasten gezien en geringd maar ik wil er toch even één bijzondere “steenuilen dag” uitlichten.
Zaterdag 5 juni 2021 werden we uitgenodigd door Gerard van Beesten om zijn route steenuilenkasten na te lopen. Wij begonnen ’s morgens vroeg in de omgeving van Lemelerveld. Al met al waren we totaal vijf uur onderweg om alle steenuiltjes, in de nestkasten gecontroleerd door Gerard, van een ring te voorzien. U kunt wel nagaan dat we heel veel kilometers achter Gerard aanreden om ons doel te bereiken! Hij was onze gids en begeleidde ons van Lemelerveld naar Lemele en via, via, via naar heel veel andere achterafgelegen buurtschappen, tot we de allerlaatste steenuilen op zijn route van een ring hadden voorzien.
Steenuiltje in weegschaaltje
De meeste uilen jagen in het donker, hoewel er ook soorten overdag jagen.
Uilen met zwarte ogen, zoals een kerkuil, vliegen meestal 's nachts. Uilen met gele ogen, zoals de steenuil, vliegen ook overdag.
De steenuil is de bekendste van de kleinste uil soorten. Velen vinden het tevens het mooiste uiltje van Nederland. Het steenuiltje is iets groter als een merel.
Wespspinnen in overvloed
Begin augustus zag ik voor het eerst een wespspin of tijgerspin, Agrope bruennichi, in levende lijve. Het was nog wel bij mij in de tuin, dus dat was dubbel leuk. De wespspin is een zogenaamde wielwebspin, die zijn of haar web, de naam zegt het al, in de vorm van een wiel maakt. Het vrouwtje is duidelijk herkenbaar als wespspin met haar gele en zwarte strepen; het mannetje is minder opvallend en een stuk kleiner.
Deze spinnen komen oorspronkelijk uit het Middellandse Zee gebied, maar mede door de klimaatverandering komen ze steeds noordelijker voor. De warme zomers van 2018, 2019 en 2020 hebben daar zeker aan bijgedragen. De soort werd pas in 1980 voor het eerst waargenomen in Limburg.
Webvast
Regelmatig loop ik tijdens het dagelijkse rondje met mijn hondje langs een slootje. Zo ook half augustus. Tot mijn verbazing telde ik daar op een stukje van nog geen 100 meter wel zeven wespspinnen! Ik had geen camera bij me maar ben ’s middags teruggegaan omdat de wespspinnen nogal honk- ofwel webvast zijn. Ik zag ze niet allemaal meer, maar hierbij een kleine compilatie van de beauty’s. Van andere natuurliefhebbers hoor ik ook dat ze de soort vaak en met meerdere exemplaren dicht bij elkaar gezien hebben.
Natuurcursus 2021
DE NATUURCURSUS IS INMIDDELS VOLGEBOEKT.
Een paar jaar geleden heeft onze vereniging voor Natuur en Milieu De vechtstreek een aantal natuurcursussen voor beginners gegeven. Dit bleek een groot succes en daarom willen wij hierop een vervolg maken. Deze keer wordt de cursus niet in het voorjaar gegeven, maar in het najaar.
De cursisten krijgen 4 avonden theorie les in de maanden oktober en november. Naderhand volgt er nog een praktijkles in het veld op een zaterdagmorgen. Datum onbekend maar dat hoort u ruim op tijd.
De onderwerpen:
- Donderdagavond 7 oktober 2021. Hein Kuijper
Onderdeel natuurcursus: Natuur in spagaat - Donderdagavond 14 oktober 2021 Arend Spijker
Onderdeel natuurcursus: Zoogdieren - Donderdagavond 28 oktober 2021. Joop Verburg
Onderdeel natuurcursus: Insecten en hun relatie met planten - Dinsdagavond 2 november 2021. Evert Ruiter
Onderdeel natuurcursus: Libellen
Zwartbronzen zandbij - Deze bij verzamelt stuifmeel voor de larven en de Sleedoorn wordt bestoven. (foto: Joop Verburg)
Klik hier voor meer informatie en aanmeldformulier.
De Parnassia is terug in Salland!
Het verhaal van de Parnassia lezing en excursie eind juni 2021, beide gegeven door Jan Hendriks, voorzitter IVN Raalte, kreeg een ontzettend leuk vervolg.
Het kleine groepje aanwezigen was in juni reeds zeer enthousiast over het in bloei staande gebied “Het Hooge Broek”. Zoals u in het verslag van 26 juni 2021 hebt kunnen lezen, bloeide de Parnassia nog niet in juni, maar wel heel veel andere prachtige soorten.
Wij wisten eigenlijk wel dat de Parnassia nog niet in bloei kon staan omdat de soort een bloeitijd heeft van juli tot september, maar aangezien er geen lezingen worden gepland in juli en augustus, hoopten we uiteraard op een vroeg bloeiende Parnassia, wat helaas niet het geval was.
Daarom nodigde Jan Hendriks dezelfde aanwezigen uit voor een vervolg excursie in september.
Zaterdagmorgen 4 september 2021 was het zover: Lenie Middelkoop, Ria Flierman, Wim Hilderink, Machteld Oudshoorn en ik kregen nogmaals een rondleiding door het prachtige gebied. Onze groep kreeg versterking van paddenstoelenkenner André Houter.
Het voormalige beekdal stond opnieuw vol met fantastische planten waaronder de prachtige Parnassia, Blauwe knoop, Stijve ogentroost, Rode ogentroost, de Klokjesgentiaan en heel veel andere soorten.
André Houter attendeerde ons op het Zwartwordende wasplaatje en de Veenmosvuurzwam. De Veenmosvuurzwam is ook een wasplaatje en wasplaatjes zijn over het algemeen zeldzaam.
Op het allerlaatste moment, vlak voordat we bijna terug waren bij de startplaats, ontdekte Machteld nog een tot nu toe niet ontdekte soort in dit gebied, nl. goudzuring.
Het was opnieuw een schitterende dag!
We hebben volop genoten!
Verslag en fotografie: Ella Roelfs-Rijzebol
Gerard van Beesten laat zich niet om de tuin leiden door geheimzinnige vogel….
Het is een mysterieuze vogel, de wespendief, want gedurende de korte periode dat deze vogel in Nederland is, moet je van goeden huize komen om er eentje te spotten! Laat staan dat je een nest van de wespendief aantreft. Het zoeken naar een nest van deze soort is een nagenoeg onmogelijke opgave en dus meestal onbegonnen werk. De vogel verschuilt zich graag onopvallend in hoge bomen, vliegt nagenoeg geruisloos en het gedrag is stil en onopvallend. Een bosrijk gebied is dan ook een absolute noodzaak voor de wespendief.
Maar het lukt Gerard van Beesten, vrijwilliger Vogelwerkgroep Natuur & Milieu de Vechtstreek, regelmatig om niet alleen een wespendief te spotten maar zelfs het nest van deze stiekemerd te vinden en dat mag toch worden gezien als zeer bijzonder.
Foto: Gerard met de wespendief in de hand.
Gerard is al vanaf 2001 betrokken bij de vogelwerkgroep en gedurende die periode heeft Gerard maar liefst 11 keer een nest van de wespendief gevonden. Het aantal broedparen in Nederland is zeer bescheiden en ze verblijven maar kort in onze noordelijke broedgebieden. Ze vertrekken al weer naar Afrika in augustus of aanvang september.
Oehoes ringen 2021
Ook in 2021 heeft de Oehoe “Het Vechtdal” weer gevonden om daar een locatie uit te zoeken om te broeden. Het is en blijft een prachtige waarneming van een hele bijzondere roofvogel. Deze majestueuze vogel heeft maar liefst een spanwijdte van 160 – 188 cm. Een mannelijke oehoe weegt zo’n 1,5 kilo tot wel 2.8 kg maar de vrouwtjes zijn nog forser en zwaarder: zij kunnen een gewicht bereiken tot 4.2 kilo.
Het vrouwtje broedt alleen en kleedt het nest nauwelijks aan met dons. Het mannetje speelt vooral de eerste weken een hele belangrijke rol omdat hij het vrouwtje in die periode van voedsel voorziet. De Oehoe gaat meestal op jacht naar voedsel tijdens de schemering. Zodra er jongen zijn wordt er vaker gevlogen om de Oehoe kuikens van voldoende voedsel te voorzien.
Omdat een Oehoe erg gevoelig is voor verstoring is het van groot belang dat rust is gegarandeerd rondom het nest. De Oehoe is afhankelijk van grote, aaneengesloten natuurgebieden. Degene die het nest in de gaten houden zijn steeds dezelfde mensen. Zij controleren een paar keer tijdens de broedperiode en blijven op zeer grote afstand van het nest. Zij vertrekken zodra ze hebben gezien wat van belang is voor het ringen, dat is uiteraard de grootte van de jongen, zodat deze op tijd kunnen worden geringd. Het is vanzelfsprekend dat de ringer, in dit geval Han Bouman, er op tijd bij moet zijn. Dat wil zeggen niet te vroeg en niet te laat.
Oehoekuiken
Lezing Jan Hendriks over het Parnassiaproject
Het was de eerste activiteit, een lezing door Jan Hendriks over het Parnassiaproject, die na lange tijd weer gehouden kon worden en waarbij belangstellenden fysiek aanwezig konden zijn. Mogelijk was de angst voor een coronabesmetting voor enkelen toch een reden om (nog) niet te komen of waren sommigen al op vakantie; in elk geval was de opkomst wat aan de magere kant. In totaal waren er slechts16 aanwezigen in de Kern op vrijdagavond 25 juni.
Het deed aan het enthousiasme van Jan Hendriks niets af. Als ex-docent biologie was hij altijd al geïnteresseerd in de natuur en besloot sinds zes jaar geleden lid te worden van IVN Raalte, waar hij bij gebrek aan een voorzitter die taak meteen op zich nam. Hij vertelde met passie over het Ho(o)ge Broek, dat tussen Lemelerveld en Raalte gelegen is.
Het Hooge Broek ter grootte van 20 hectare was landbouwgebied en is in 2008 in handen gekomen van Natuurmonumenten, dat het wilde omvormen tot natuur. Zo’n 5 hectare is bedoeld als blauwgrasland en het bleek dat dat niet meteen vanzelf kwam. Een deel van de grond werd afgegraven, maar de resultaten lieten op zich wachten. Daarom is er in 2011 plagsel van blauwgrasland uit de regio uitgestrooid.
Er werd veel aan publiciteit gedaan en de parnassia werd als symbool gebruikt voor de ontwikkeling van het gebied onder het motto: Maak Salland nóg mooier! Inmiddels zijn er verschillende orchideeënsoorten verschenen in het Hoge Broek evenals het moeraskartelblad. En tot grote verbazing van enkelen verschenen er ook parnassia’s. Het leek de betrokkenen haast onmogelijk dat die er spontaan gekomen waren en bij de zoektocht naar het antwoord bleek dat iemand van Natuurmonumenten daar zelf voor had gezorgd – op eigen houtje en tot verbazing van velen… Hoewel het natuurlijk prachtig is om dat witte bloemetje daar te zien, is het nog maar de vraag of het zich daar thuis zal blijven voelen.
tekst en foto: Dook van Gils
Juni 2021
Excursie Hooge Broek o.l.v. Jan Hendriks
Zaterdagmorgen 26 juni 2021 gingen we naar Het Hoge Broek om de bloemenpracht aldaar te aanschouwen, onder de bezielende leiding van Jan Hendriks, voorzitter IVN te Raalte. Een paar mensen waren gewapend met het * HEUKELS boek en begonnen gelijk met het determineren van de diverse soorten. Machteld keek steeds gretig mee over de schouders van onze begeleider Jan. Anderen luisterden aandachtig en fotografeerden er lustig op los met hun mobieltjes. Je hoorde links en rechts kreten als: “Oooooooooooh wat mooi”, of “kom hier eens kijken” of “wat is dit voor plant?”. Gelukkig had bijna iedereen laarzen aangetrokken want ondanks het zonnige en warme weer van die dag, is het een nat gebied en we moesten dan ook regelmatig water waden. Jan kreeg veel vragen en liet ons schitterende planten zien maar helaas stond de fantastische Parnassia nog niet in bloei want deze bloeit vaak pas in de maand juli.
Uiteraard zijn er ook altijd mensen die de planten van heel dichtbij willen zien en fotograferen: vanaf het eerste moment liep ik dan ook al met kletsnatte knieën rond …………maar toen de Heidekartelblad en de Ronde zonnedauw in beeld kwamen, kon ik het niet laten………. Ik moest domweg liggend fotograferen….tja en dan ben je binnen de kortste keren iets natter dan je had gepland……Gelukkig hadden we een warme dag uitgezocht.
Pagina 6 van 33