Een boer in Schalkhaar ontdekt een fladderende roofvogel die verstrikt zit in schrikdraadlint. De boer denkt dat het een “bosuil” is en omdat deze boer niet weet hoe hij de vogel moet bevrijden belt hij de boa van het gebied. De boa ziet onmiddellijk dat het hier om één van de grootste uilen ter wereld gaat namelijk de Oehoe! Hij bevrijdt het dier onmiddellijk uit zijn benarde positie. Ondanks het feit dat de Oehoe redelijk lamgeslagen is vanwege zinloze pogingen zichzelf te bevrijden inclusief het op de kop hangen, toont hij zich uiteraard agressief tegenover zijn bevrijder, waardoor de boa de indruk krijgt dat het dier zichzelf waarschijnlijk wel weer kan redden. Daarom laat hij de Oehoe achter, uiteraard in de hoop dat de vogel snel het luchtruim kiest. Voor de zekerheid neemt hij nog snel contact op met Tino van Beek, werknemer van Stichting IJssellandschap en tevens vogelliefhebber. Zijn hoofdtaak is het beheren van natuurterreinen: hij kent het gebied op zijn duimpje.
Tino gaat de volgende morgen nog eens naar de plek des onheils omdat hij wil weten of de vogel op eigen kracht is vertrokken. Hij ontdekt de Oehoe in eerste instantie niet en veronderstelt dus dat de vogel inderdaad is gevlogen, maar als hij zich omdraait ontdekt hij de Oehoe tegen de wal van de wetering. Tino vreest dat de Oehoe dood is maar als hij dichterbij komt ziet hij dat de Oehoe nog leeft want hij draait zijn kop en volgt Tino met zijn ogen. ( de kop van een uil kan maar liefst 270 graden draaien. )


Tino neemt onmiddellijk contact op met Mark Zekhuis, ecoloog Landschap Overijssel. Mark belt Han om te vragen of hij de Oehoe zou willen ophalen en verzorgen tot hij weer hersteld is. Han stemt toe dit te zullen doen. Vervolgens wordt Wim Koldewee, vogelaar en klimmer, tevens lid van onze vogelwerkgroep ingeschakeld. Wim woont in Schalkhaar en werkt regelmatig samen met Han Bouman. Wim belt met Tino (die de juiste locatie weet) om te vragen mee te gaan. Samen gaan ze naar de plek waar de Oehoe nog steeds in elkaar gedoken zit. Hij vangt de vogel waarna hij Han Bouman terug belt met de mededeling dat Han de Oehoe kan komen halen. Han heeft de Oehoe direct gehaald op 26 oktober 2020.
Han Bouman heeft thuis een kleine opvang voor roofvogels en is zeer deskundig wat betreft de diverse soorten roofvogels. Hij is gespecialiseerd in opvang voor gewonde roofvogels en uilen. Maar deze Oehoe is de primeur voor Han wat betreft “het opvangen en oplappen” van een Oehoe.
De Oehoe is reeds geringd in Duitsland met een ring van “Vogelwarte Helgoland”.
De Oehoe staat bekend als een echte alleseter. Zijn prooien variëren sterk. Ze eten insecten, vogels, muizen, ratten, konijnen en zelfs egels. De Oehoe is namelijk een specialist in het verwijderen van de stekels van een egel.
In aanvang wil de Oehoe niet eten, dus wordt het een meerkeuze menu: muizen, eendagskuikens , mollen en dode vogels. ( ter info: deze vogels zijn op een eerder tijdstip dood gevonden en direct ingevroren zodat ze perfect als prooi kunnen dienen ). Han blijft de Oehoe gevarieerd voedsel aanbieden en gelukkig krijgt hij ook deze Oehoe aan het eten.
Op een gegeven moment belt Han me of ik hem wil assisteren met het bepalen van biometrische gegevens van een hele grote roofvogel. Natuurlijk willen Machteld en ik Han helpen, want als Han dit vraagt is het altijd noodzakelijk dat je dit werk met meer personen doet. Ik ga er dan ook van uit dat het opnieuw een hele grote Buizerd betreft, waarop Han me tussen neus en lippen door vertelt dat het deze keer om een kolossale Oehoe gaat! OEPS, dat is me nogal iets! Echt geen overbodige luxe om deze klus met drie mensen te klaren!
30 oktober 2020 is het zover. Behalve de Oehoe van voedsel te voorzien, laat Han de Oehoe verder met rust. Dit om ervoor te zorgen dat de Oehoe niet gewend raakt aan de mens want Han wil absoluut voorkomen dat de Oehoe tam wordt. Als Han de kooi instapt, uiteraard met een beschermbril op, kijkt de Oehoe argwanend op zodra Machteld en ik in beeld komen.

 0004De Oehoe is op zijn hoede

( foto Oehoe in de hoek van de kooi op de grond )


De Oehoe is op zijn hoede maar wordt ondanks dat, vakkundig gegrepen door Han die de grote vogel direct verhuist naar de garage zodat er geen ontsnappen meer mogelijk is. Daar hebben we samen de biometrische gegevens kunnen bepalen en komt Han tot de conclusie dat het een vrouwtje moet zijn omdat ze meer dan 3 kg weegt. Mannetjes wegen namelijk minder als vrouwtjes. We hebben een doek op de kop van de Oehoe gelegd zodat ze weinig prikkels krijgt en daardoor wordt het meten en wegen minder stressvol. Toch schiet de korte, scherpe haakvormige snavel wel een keer flink uit zodat Han er toch nog een herinnering aan overhoudt.
Gelukkig gaat het daarna steeds beter met de Oehoe. Ze begint steeds beter te eten. De Oehoe herstelt daarna sneller als verwacht en daarom besluit Han dat ze terug kan naar de locatie waar ze is gevonden. Oehoes zijn namelijk standvogels. Een standvogel is een vogelsoort waarvan vrijwel alle individuen zeer dicht bij het broedgebied blijven overwinteren. De vogel weet op dergelijke locaties minder optimale omstandigheden het hoofd te bieden, zoals voedselgebrek. Een standvogel wordt ook wel een “resident” of “blijver” genoemd.
Op 17-11-2020 is het zover: de Oehoe krijgt haar vrijheid terug. Maar voor we naar Schalkhaar rijden verzoekt Han me om nog even een paar overzichtsfoto’s te maken van de bovenkant van de vleugel omdat Han met Gejo Wassink heeft afgesproken, dat Gejo de foto ’s gaat bekijken, zodat hij de leeftijd kan bepalen. Gejo Wassink is nl. Oehoe kenner, medeoprichter en bestuurslid van de Oehoewerkgroep Nederland, welke is opgericht in 2009. De Oehoe is sinds 1997 terug in Nederland.

 

( foto bovenkant vleugel Oehoe )

Daarna rijden we naar Schalkhaar waar Wim Koldewee op ons wacht. Wim wijst ons de weg naar de locatie waar de Oehoe zal worden vrij gelaten.
Even later zijn wij er getuige van dat Han de Oehoe haar vrijheid teruggeeft. We zien hoe zij sierlijk en zonder problemen wegvliegt. Het is Han weer gelukt een prachtig dier op te lappen zodat deze Oehoe in de toekomst kan zorgen voor een nageslacht, al weet niemand waar dit zal zijn, want Oehoe kenner Gejo Wassink heeft onlangs geconstateerd dat dit nog een jonge vogel is die nog geen veren heeft geruid. Dit is dus haar eerste herfst. Jonge Oehoes zijn nog op zoek naar een eigen locatie. “Het bepalen van de leeftijd aan de hand van de vleugel heeft echter wel beperkingen. “Ik kan dat vrij nauwkeurig t/m de leeftijd van 5 jaar. Daarna wordt het lastiger”, aldus Gejo Wassink.

 

( foto van de vrijlating )

Verslag: Han Bouman en Ella Roelfs Rijzebol
Fotografie: Machteld Oudshoorn en Ella Roelfs-Rijzebol