Na vier avonden theorielessen gevolgd te hebben in maart 2013 werd de groep natuurcursisten zaterdag 25 mei losgelaten in het veld. Er was bewust gekozen voor het Junner Koeland omdat het theoretische deel van de cursus vooral ging over het Vechtdal: de veranderende Vecht met de daarbij behorende kansen voor natuur en recreatie, de biotiek en abiotiek. Het was de bedoeling dat deze laatste les vooral gegeven werd door de cursisten met hulp van deskundigen die de groep begeleidden. De groep werd op de Brink van Arriën in tweeën gezaagd door voorzitter Hein Kuijper. De ene groep volgde het spoor van Arend Spijker en Willem Havinga, de rest verzamelde zich achter Henk Ruiter en Hein om ergens in het midden van het natuurgebied opgewacht te worden door Dook van Gils met koffie en koek. Hein begon gelijk met het stellen van examenvragen en toverde onmiddellijk een kaart tevoorschijn omdat het landschapselement van het Junner Koeland voorkomt op de historische topografische kaart. Het is namelijk een waardevol natuurgebied met Jeneverbesstruiken, een observatiehut, de vechtdalanjer, tijm, de gele weidemier en zelfs de zeldzame Knoflookpad is er gesignaleerd. Gelukkig tref je in dit gebied weer vele soorten aan en kan de Vecht zich weer bewegen in een vrij ( brede ) rivierdal waar men tevens weer oude Vechtarmen wil aankoppelen. In sommige gedeeltes is dit al gerealiseerd. De groep van Arend had geluk, zij zagen de Wespendief, een roofvogel die in de vlucht sterkt lijkt op een Buizerd. Aangezien je deze vogel bijna nooit ziet was dit echt een geweldige ervaring. Helaas was de vogel gevlogen toen wij door dit gebied kwamen! Maar gelukkig waren er nog veel meer mooie wetenswaardigheden te zien en te vertellen en was de hele groep geslaagd aan het einde van de trektocht.
Zeer interessant deze cursus en zeker voor herhaling vatbaar.
Ella Roelfs Rijzebol
