Een warme, zomerse dag eind juni 2011. Een wel heel klein en vreemd “vogeltje” bezoekt licht zoemend onze tuin. Zwevend en stilstaand in de lucht gaat hij van bloem tot bloem. Opvallend is zijn snelle vleugelslag, lange tong en helikoptergedrag. Het heeft veel weg van een kolibrie. Maar het is een vlinder: de Kolibrievlinder.

kolibrievlinder

De Kolibrievlinder was vijftien jaar geleden vrij zeldzaam. Tegenwoordig wordt hij steeds vaker waargenomen in Nederland. De soort behoort tot de dagactieve pijlstaarten, die hun hoofdverspreidingsgebied in Zuid Europa hebben. Als trekker bezoekt hij in de zomer ook ons land. Een deel van de in ons land geboren tweede generatie vliegt in de herfst terug naar het zuiden. Van overwinterende Kolibrievlinders in ons land wordt eerst in 2010 melding gemaakt.


In rust is de vlinder bruingrijs met vage dwarsstrepen. De achtervleugels zijn oranjegeel en goed te zien tijdens de vlucht. Op de punt van het achterlijf valt de zwartwit geblokte tekening op. De spanwijdte is 4-5 cm.
Het vrouwtje legt haar eitjes op een plant van de Walstrofamilie. De groene rups heeft een opvallende stekel op het achterlijf.

De Kolibrievlinder heeft een prachtige vliegtechniek. Hij vliegt net als het gelijknamige vogeltje vooruit, achteruit of staat, met snelle vleugelslag, stil vóór de bloem. Zwevend en zacht zoemend boven de bloem zuigt hij dan met zijn lange roltong de nectar op. Van verschillende van onze tuinbloemen is hij de bestuiver, zoals Vlinderplant, Flox en Slangenkruid. Ook is hij een veel geziene gast op onze bloeiende kruiden Lavendel en Rozemarijn.

Als je hem eens spot in je tuin, geniet dan van deze kolibrie onder de vlinders.

Hein Kuijper