In het Masterplan Ruimte voor de Vecht is door de gezamenlijke Vechtdaloverheden de ambitie uitgesproken om de Vecht in te richten als halfnatuurlijke laaglandrivier. Dit betekent o.a. meer zandtransport, erosie en sedimentatieprocessen. De Vecht zal ondieper worden en zichtbaarder in het landschap komen te liggen.

Nieuwe natuurwaarden zullen tot ontwikkeling komen en nieuwe soorten (o.a. Zwarte ooievaar, Kwak, Zwarte stern, Oeverloper en Otter en Bever) zullen zich vestigen. Dat komt de natuur- en belevingswaarde van het Vechtdal ten goede.
Bij de al uitgevoerde projecten (Loozensche Linie, Uilenkamp, Mölenmars, Lange Kampen) zien we al (nieuwe) natuurwaarden ontwikkelen. Zo vestigen zich soortenHalfnatuurlijke laaglandrivier als (Oeverzwaluw, IJsvogel, Oeverlopers) en is afgelopen jaar zelfs de Zwarte ooievaar waargenomen.
De overheden zijn ook overeengekomen dat in het traject "Brug Ommen - Duitse grens" de rivier bevaarbaar wordt gemaakt voor passende vaartuigen (zompen, kano's, kajaks). Omdat een groot deel van dit traject nooit bevaarbaar is geweest heeft het Waterschap Velt en Vecht opdracht gegeven aan Ingenieursbureau TAUW om onderzoek te doen naar de effecten van deze doorgaande (aangepaste) recreatievaart op de natuurwaarden in dit traject. De verenigde natuurorganisaties in het Vechtdal (Groen Platform Vecht) en deskundige natuurvrijwilligers zijn geraadpleegd. Door hen is gewezen om niet alleen rekening te houden met de bestaande natuurwaarden, maar vooral de effecten van deze doorgaande aangepaste recreatievaart te toetsen op de nieuwe en toekomstige natuurwaarden, die een gevolg zijn van de inrichting tot halfnatuurlijke laaglandrivier.
Wij volgen dit project nauwlettend en hebben onze opmerkingen vroegtijdig onder de aandacht gebracht bij het Waterschap en de Provincie.